Wie maakt de nationale standaard?

Voor elk certificeringsschema is een standaard nodig. De nationale standaard voor duurzaam bosbeheer wordt meestal gemaakt door een groep deskundigen. Dit kan zijn:

  • een subgroep van de nationale werkgroep ("national standard setting committee")
  • of een aparte groep van (externe) specialisten aangesteld door de nationale werkgroep.


Beide groepen bediscussiëren steeds de opeenvolgende versies van standaard met de hele nationale werkgroep of tijdens nationale workshops. Als laatste stap worden de standaarden getest in het veld. Dit ontwikkelingstraject kan een lange tijd duren. Een proces van een aantal jaren is niet ongewoon.

Het hebben van een nationale standaard heeft een groot voordeel. De standaard, die gebruikt wordt door de certificerende instelling, is goed afgestemd op de lokale situatie en de belangen van de verschillende belangengroepen (bedrijfsleven, overheid, NGO&s en binnenlandgemeenschappen) zijn belicht en vertegenwoordigd in de standaard. De Surinaamse Minister van Natuurlijke Hulpbronnen, Dhr. Demon, heeft eind 2002 toestemming gegeven voor het starten van een nationale werkgroep. Deze werkgroep heeft als opdracht het nationale proces te starten en standaarden te formuleren. De werkgroep is nog niet actief.

In het buurland Guyana is sinds 2000 een certificeringswerkgroep actief. Deze werkgroep is na verschillende nationale stakeholder workshops omgezet in een officieel FSC Iniatiative: Guyana National Initiative for Forest Certification (GNIFC). De FSC principes zijn vertaald in lokale standaard, welke nu in de testfase zijn.
De ervaringen van de Guyana werkgroep zijn te downloaden van de website van het UNDP/PROFOR.


UNDP- PROFOR National process for certification of timber harvesting in Guyana

National Forest Certification Standard for Guyana (derde versie)
FSC manual for National Initiatives